Wat voelt het rijk om hier op een woensdagochtend op de veranda van een huisje in de bergen te zitten. En dat allemaal dankzij mijn moeder. Zij kocht van Ad Zwaga een lot van de Wiekelaar en won een weekverblijf in een huisje in de Hunsrück in Duitsland, beschikbaar gesteld door Morrenhof en Jansen. Ik roer in mijn koffie, geniet van het uitzicht en droom weg.
Mooi dat een ondernemer zoals Morrenhof en Jansen zich verbonden voelt met Oudleusen en een prijs beschikbaar stelt. Prachtig dat Ad zich inzet voor de Wiekelaar. En wat dacht je van al die anderen in Oudleusen die zich inzetten voor een ander of de gemeenschap. Denk aan de organisatoren van het Oranjefeest. De inwoners die samen de straat versieren of een barbecue voor de buurt organiseren. De ouderlingen van de kerk die mensen thuis bezoeken. Het bestuur van de vrouwenvereniging dat een fietstocht organiseert. En niet te vergeten de mensen die naar elkaar omzien. Hennie die even bij Griet om de deur kijkt, omdat ze net terug is uit het ziekenhuis. Mina, die het heel gewoon vindt om Greet een lift te geven naar de vereniging, omdat ze pas weduwe is geworden en haar man haar niet meer kan brengen.
Gemeenschapszin noemen ze dat. Het is als onvoorwaardelijke liefde. Mensen kennen elkaar en voelen zich met elkaar verbonden, door dik en dun. Je vindt het heel gewoon, maar dat is het niet. Het is iets magisch, iets om trots op te zijn. Het maakt dat je van je dorp houdt en er graag woont. Gemeenschapszin is iets om te koesteren. Iets waar je je samen voor in moet blijven zetten om het onvoorwaardelijke liefdesvuur brandend te houden.
HL